frequentieregelaar
Uiterlijk
- fre·quen·tie·re·ge·laar
- samenstelling van frequentie en regelaar
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | frequentieregelaar | frequentieregelaars |
verkleinwoord | frequentieregelaartje | frequentieregelaartjes |
de frequentieregelaar m
- (elektronica) voorziening om de frequentie van een signaal in te stellen op een gewenste waarde
- Het woord 'frequentieregelaar' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.