fietsbal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- fiets·bal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van fiets zn en bal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fietsbal | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het fietsbal o
- (sport) balspel waarbij men de bal met het voorwiel van een fiets voortbeweegt
- ▸ De eerste editie van het Super WK zal in augustus 2023 worden gehouden in Glasgow, dat het toernooi twee jaar geleden toegewezen heeft gekregen. Het toernooi, dat twee weken in beslag zal nemen, bestaat verder uit minder bekende disciplines als urban cycling, kunstfietsen, fietsbal en gran fondo, een wedstrijd voor wielrenners die niet over een wedstrijdlicentie beschikken.[1]
- ▸ De volgende onderdelen zullen op dit 'Super-WK' worden afgewerkt: wielrennen op de weg, mountainbike, baanwielrennen, BMX, Urban Cycling, Para-cycling, Indoor cycling (kunstfietsen, fietsbal) en Gran Fondo.[2]
Gangbaarheid
- Het woord fietsbal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Nederland lonkt naar Super WK wielrennen in 2027” (Maandag 22 februari 2021, 19:07), NOS
- ↑ Weblink bron “De UCI wil meer gelijkheid en minder pijnstillers in het peloton” (Vrijdag 22 juni 2018, 00:11), NOS