etappekoers

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • etap·pe·koers
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord etappekoers etappekoersen
verkleinwoord etappekoersje etappekoersjes

Zelfstandig naamwoord

de etappekoersm

  1. (sport) (wielrennen) meerdaagse wedstrijd die bestaat uit meerdere dagkoersen
     Afgelopen zaterdag werd Anna van der Breggen nog gehuldigd als winnares van etappekoers Giro Rosa, de komende dagen ligt de focus op de WK op de weg en daarna wachten de klassiekers.[1]
     "We hebben naar de renners geluisterd", zo stelt Van Goolen aan de vooravond van de etappekoers door Nederland en België. "Dat was ook nodig. Na afloop van de vorige editie hebben we met een aantal renners, onder wie Greg Van Avermaet, gesproken. En het nieuwe parcours is samen met de Belgische bondscoach Rik Verbrugghe ontworpen."[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 12 december 2022 Weblink bron “Oranjevrouwen gaan 'rammen' en 'stampen' op mentaal lastig WK-rondje” (Donderdag 24 september 2020, 06:11), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 12 december 2022 Weblink bron “Organisatie BinckBank Tour heeft een devies: 'Volg de wedstrijd thuis'” (Dinsdag 29 september 2020, 06:07), NOS