driecilinder

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • drie·ci·lin·der
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord driecilinder driecilinders
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de driecilinderm

  1. een motor of voertuig met driecilinders
     Spierballentaal, inderdaad. Maar het zijn niet louter loze kreten en marketingzinnen. In de autobranche is 'Less is More' het credo. Niet voor niets zijn Toyota en Honda bezig met vergelijkbare technologieën. Niet voor niets zijn traditionele paardenkracht-giganten als BMW en Mercedes bezig met de ontwikkeling van driecilinder-motoren. Niet voor niets heeft bijna elk merk al een drie-cilinder in het 'compacte segment'. En: niet voor niets komt het 'grote' Audi dit jaar met de kleine A1 (gekscherend ook wel de Mini-Audi genoemd) op de proppen.[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 12 december 2022 Weblink bron
    Louis Dekker
    “'Klein en zuinig' trend in autoindustrie” (Vrijdag 9 juli 2010, 07:42), NOS