dierverzorging

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • dier·ver·zor·ging
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord dierverzorging dierverzorgingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de dierverzorgingv

  1. de zorg voor dieren die in gevangenschap leven
     "De afgelopen weken is genoten van de kleine tweeling die volop aan het ravotten was met elkaar of met hun moeder", schrijft Ouwehands. "De tweeling groeide goed en was erg actief." Het hoofd dierverzorging noemt het verlies "hartverscheurend".[1]
     Ook is nog onbekend wie de vader is. "We hebben meerdere vruchtbare mannen in onze groep en de vrouwen paren ook met verschillende mannetjes", zegt hoofd dierverzorging Kris Jansen tegen Omroep Brabant. Met een dna-test zal het vaderschap worden vastgesteld[2]


Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 24 augustus 2023 Weblink bron “Ouwehands' ijsbeertje Yura sterft onverwacht” (Vrijdag 12 juni 2020), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 24 augustus 2023 Weblink bron “Chimpansee van bedreigde soort geboren in Beekse Bergen” (Donderdag 27 mei 2021), NOS