decelereren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: decelereren (hulp, bestand)
Woordafbreking
- de·ce·le·re·ren
Woordherkomst en -opbouw
- uit het Frans
Werkwoord
decelereren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
decelereren |
decelereerde |
gedecelereerd |
zwak -d | volledig |
- verminderen van de snelheid
Synoniemen
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. verminderen van de snelheid
Gangbaarheid
- Het woord decelereren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.