clubgenoot

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • club·ge·noot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord clubgenoot clubgenoten
verkleinwoord clubgenootje clubgenootjes

Zelfstandig naamwoord

de clubgenootm

  1. iemand die lid is van dezelfde sportclub
     Oranje-aanvoerder Virgil van Dijk gaf zijn stem aan clubgenoot Salah. De Liverpool-verdediger zette Kevin De Bruyne en Kylian Mbappé op twee en drie.[2]
     In de 28-koppige selectie zitten vijf eredivisiespelers. Yassin Ayoub (FC Utrecht) kan zijn debuut gaan maken. Zijn clubgenoot Zakaria Labyad is ook geselecteerd, evenals Karim El Ahmadi, Sofyan Amrabat (beiden Feyenoord) en Ajacied Hakim Ziyech.[3]
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 21 januari 2023 Weblink bron “Modric doorbreekt hegemonie van Messi en Ronaldo” (Maandag 24 september 2018, 22:05), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 21 januari 2023 Weblink bron “Boussatta kijkt vooruit: Ayoub is veel verder dan Amrabat” (Donderdag 22 maart 2018, 08:12), NOS