buslichting

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

op de brievenbus staat aangegeven wanneer de volgende buslichting plaatsheeft
Uitspraak
Woordafbreking
  • bus·lich·ting
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord buslichting buslichtingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de buslichtingv

  1. leegmaken van de openbare brievenbus door het postbedrijf
    • Zij beleefde twee wereldoorlogen, drieëneenhalfjaar Japanse internering, raakte al haar bezittingen kwijt en leefde daarna nog ruim een halve eeuw. Ook heeft zij allerlei dingen die in haar jeugd gangbaar waren zien verdwijnen, zoals huispersoneel, stoomtreinen en trapnaaimachines; paarden beheersten in haar jeugd het stadsbeeld, en er waren zes postbestellingen en zes buslichtingen per dag.[2] 

Gangbaarheid

87 % van de Nederlanders;
78 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Rudy Kousbroek 17 april 1999
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be