bouwtempo

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bouw·tem·po
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bouwtempo
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het bouwtempoo

  1. (bouwkunde) de snelheid waarmee men kan bouwen
     De macht van de bouwbedrijven en ontwikkelaars kan gebruikt worden om het bouwtempo te verlagen, minder kwaliteit te leveren of om de prijzen te verhogen, zo stellen de onderzoekers. Ook komen kleinere bouwbedrijven, die wel capaciteit hebben om te bouwen, er in sommige gemeenten moeilijk tussen.[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron “'Grote bedrijven vaak te machtig bij nieuwbouw'” (Maandag 6 februari, 16:56), NOS