bouwrente

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bouw·ren·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bouwrente bouwrentes
bouwrenten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bouwrentev / m

  1. geld dat kopers tijdens de bouw moeten betalen aan de aannemer en de hypotheekverstrekker
     Kopers van een nieuwbouwhuis kunnen de bouwrente blijven aftrekken van de belasting. Dit heeft minister Blok voor Wonen en Rijksdienst in de Tweede Kamer bekendgemaakt. Bouwrente is het bedrag dat kopers al tijdens de bouw moeten betalen aan de aannemer en de hypotheekverstrekker.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Bouwrente blijft aftrekbaar” (Dinsdag 29 januari 2013, 15:01), NOS