bolo
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bo·lo
Woordherkomst en -opbouw
- van Papiaments bolo zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bolo | bolo's |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (voeding) zoete Antilliaanse taart
- ▸ De Antillen staan bekend om hun ‘bolo’ en ‘tèrt’. Een van de bekendste is de ‘bolo di manteka’, gemaakt van bloem, suiker, boter en een relatief grote hoeveelheid eieren.[2]
Gangbaarheid
- Het woord bolo staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ bolo op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron René A. Römer e.a.“Cultureel mozaïek van de Nederlandse Antillen.” (1977), De Walburg Pers, Zutphen, ISBN 9060110838, p. 347 op Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
Papiaments
Woordherkomst en -opbouw
Zelfstandig naamwoord
bolo
- vlucht; het zich door luchtruim bewegen.
- taart
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Voeding in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Papiaments
- Zelfstandig naamwoord in het Papiaments