blijf school

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • blijf school
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
schoolblijven

blijf (…) school

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schoolblijven
    • Ik blijf school. 
  2. gebiedende wijs van schoolblijven
    • Blijf school! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schoolblijven
    • Blijf je school? 

Gangbaarheid