beschouwt voor
Uiterlijk
- be·schouwt voor
vervoeging van |
---|
voorbeschouwen |
beschouwt (...) voor
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbeschouwen
- Jij beschouwt voor.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbeschouwen
- Hij beschouwt voor.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van voorbeschouwen
- Beschouwt voor!
- Het woord 'beschouwt voor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.