benzinepomphouder
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ben·zi·ne·pomp·hou·der
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van benzinepomp zn en houder zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | benzinepomphouder | benzinepomphouders |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de benzinepomphouder m
- (beroep) eigenaar van een bedrijf dat benzine verkoopt aan automobilisten
- ▸ Een benzinepomphouder die bezwaar maakte omdat hij bang is dat hij geen klandizie meer heeft als de weg wordt omgelegd, heeft ook gelijk gekregen van de Raad van State, schrijft Omroep Brabant. De gemeente moet beter bedrijfseconomisch onderzoek doen naar de gevolgen van de reconstructie van de weg.[1]
- ▸ Een benzinepomphouder heeft bekend dat hij de dakloze man heeft aangevallen. Hij was jaloers, omdat het slachtoffer zijn vrouw complimenten had gemaakt.[2]
- ▸ Alcoholverkoop door benzinestations blijft verboden. Dat heeft de Raad van State bepaald, de hoogste bestuursrechter van het land. Een benzinepomphouder uit Hoogeveen had de zaak aangespannen.[3]
Gangbaarheid
- Het woord benzinepomphouder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Plannen voor reconstructie N65 vernietigd, onderzoek naar stikstof schiet tekort” (Woensdag 21 december, 12:03), NOS
- ↑ Weblink bron “Dakloze man in Italië (45) levend verbrand” (Zaterdag 11 maart 2017, 18:33), NOS
- ↑ Weblink bron “Definitief alcoholverbod pompstation” (Woensdag 22 oktober 2014, 11:39), NOS