bekerhaarmuts
Uiterlijk
- (IPA in voorbereiding)
- be·ker·haar·muts
- samenstelling van beker en haarmuts zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bekerhaarmuts | bekerhaarmutsen |
verkleinwoord | bekerhaarmutsje | bekerhaarmutsjes |
de bekerhaarmuts v
- (mossen) Orthotrichum cupulatum een bladmos in de familie van de haarmutsen. Bekerhaarmuts groeit in dichte, zwartgroene of bruinachtige zoden, die kleine kussens vormen. De bruine stengels zijn vrij zwak vertakt. Aan de basis zijn ze bedekt met bruine, sterk vertakte houders. De bladeren zijn lancetvormig en aan de bovenkant puntig, hoewel ze vaak stomp zijn. De bladrand is gekruld, vooral aan één kant. Bladcellen hebben sterk verdikte membranen
- Het woord 'bekerhaarmuts' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] bekerhaarmuts in het Nederlands Soortenregister N
- [1] bekerhaarmuts op Wikidata