begrotingsdebat

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  begrotingsdebat    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• be·gro·tings·de·bat

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  begroting zn  en  debat zn  met het invoegsel -s- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	begrotingsdebat	begrotingsdebatten
verkleinwoord	begrotingsdebatje	begrotingsdebatjes

Zelfstandig naamwoord

het begrotingsdebat o

1. (politiek) discussie over de invulling van de uitgaven van een overheid

   ▸ In Ierland stapt coalitiepartner Green Party na het begrotingsdebat van 7 december uit de regering. Die verliest dan haar meerderheid. De partij wacht met het verlaten van de coalitie omdat ze in het belang van Ierland eerst nog de begroting voor 2011 wil goedkeuren.

   ▸ Zo had het begrotingsdebat vooral veel weg van een verkiezingsdebat. Labour wil fors bezuinigen, maar nog niet dit jaar om het herstel van de economie vrij zwak is. De Tories willen meteen het mes in de overheidsuitgaven zetten. Labour beschuldigt de Conservatieven van onverantwoordelijk beleid. De Conservatieven beschuldigen hun tegenstanders ervan te soft te zijn.

Gangbaarheid

• Het woord begrotingsdebat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.