basisschoolleeftijd

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·sis·school·leef·tijd
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord basisschoolleeftijd basisschoolleeftijden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de basisschoolleeftijdm

  1. periode van iemands leven tussen de 4 en 12 jaar
     De rechercheurs herkenden de grafisch vormgever op een van die opnamen. Ze concludeerden ook dat de beelden in Oostenrijk waren gemaakt en zochten contact met het OM in Wenen. Omdat er kinderen in de basisschoolleeftijd op de beelden te zien waren, besloot het Oostenrijkse OM foto's van de kinderen voor te leggen aan alle basisscholen.[1]
     Het gaat om incidenten die jaren geleden zijn voorgevallen. De slachtoffers waren toen niet in de basisschoolleeftijd. Het gaat dus niet om leerlingen die op dit moment op de school in Leiderdorp zitten, benadrukt het OM.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 26 oktober 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Oostenrijkse basisschooljuf herkende slachtoffer pedonetwerk” (Vrijdag 7 juli 2017, 17:08), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 oktober 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Leerkracht vast voor ontucht” (Woensdag 15 januari 2014, 12:19), NOS