balorigheid

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·lo·rig·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord balorigheid balorigheden
verkleinwoord balorigheidje balorigheidjes

Zelfstandig naamwoord

de balorigheidv

  1. de neiging om op een vrolijke manier stuurs en tegendraads te zijn
    • Zijn balorigheid hangt me de keel uit. 
     Ik was zo ongeconcentreerd dat de leraren het zagen en me uit pure balorigheid vragen stelden zodat ik of ging staan en lijdend voorwerp antwoordde wanneer het naamwoordelijk deel van het gezegde moest zijn of me moest verontschuldigen omdat ik de vraag niet had gehoord.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044632767