babybeer
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ba·by·beer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van baby zn en beer zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | babybeer | babyberen |
verkleinwoord | babybeertje | babybeertjes |
Zelfstandig naamwoord
de babybeer m
- het jong van een beer; zeer jonge beer
- ▸ Plotseling bewoog er iets voor me in de struiken. Een klein babybeertje liep achter de struiken. Dat kon maar een ding betekenen, namelijk dat moeder beer niet ver weg zou zijn.[1]
- ▸ Svetlana en Yuriy Panteleenko namen 23 jaar geleden een bruine babybeer in huis. De harige Stepan weegt inmiddels al meer dan 130 kilogram en is 2,10 meter groot. Hij is zo tam dat hij bij het Russische gezin aan tafel zit, spelletjes speelt en op de bank kruipt om televisie te kijken.[2]
Gangbaarheid
- Het woord 'babybeer' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Weblink bron “Russisch gezin woont al 23 jaar samen met bruine beer” (10 jan. 2017), Tubantia