bètavak
Uiterlijk
- bè·ta·vak
- samenstelling van bèta en vak
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bètavak | bètavakken |
verkleinwoord | bètavakje | bètavakjes |
het bètavak o
- de schoolvakken wiskunde, natuurkunde, scheikunde, biologie en NLT (natuur leven en techniek) op de middelbare school
- Op het technasium wordt veel aandacht geschonken aan de bètavakken
- Het woord bètavak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bètavak" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
60 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be