avvise

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / ˈɑːʋiːsə /

Woordafbreking

• av·vi·se

Woordherkomst en -opbouw

• Afleiding van het Noorse werkwoord vise met het voorvoegsel av-

Naar frequentie	11866

vervoeging
onbepaalde wijs	avvise
tegenwoordige tijd	avviser
verleden tijd	avviste
voltooid deelwoord	avvist
onvoltooid deelwoord	avvisende
lijdende vorm	avvises
gebiedende wijs	avvis
vervoegingsklasse	Klasse 2 zwak
opmerking

Werkwoord

avvise

1. overgankelijk afwijzen, ketsen

   «198 personer ble avvist på grunn av beruselse.»

   198 personen werden afgewezen wegens dronkenheid.

2. overgankelijk verwerpen
3. overgankelijk wegsturen
4. overgankelijk weigeren
5. overgankelijk, (juridisch) rejecteren
6. overgankelijk, (medisch) afstoten

Synoniemen

• [2]: forkaste
• [3]: tilbakvise
• [4]: avslå

Afgeleide begrippen

• [1-6]: avvising
• [1-6]: avvisning

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: /ˈɑːʋiːsə/

Woordafbreking

• av·vi·se

Woordherkomst en -opbouw

• Afleiding van het Nynorske werkwoord vise met het voorvoegsel av-

vervoeging
onbepaalde wijs	avvise avvisa
tegenwoordige tijd	avviser
verleden tijd	avviste
voltooid deelwoord	avvist
onvoltooid deelwoord	avvisande
lijdende vorm	avvisast
gebiedende wijs	avvis
vervoegingsklasse	Klasse 2 zwak
opmerking

Werkwoord

avvise

1. overgankelijk afwijzen, ketsen
2. overgankelijk betwisten, ontkennen

   «Ingen avviser at ...»

   Niemand ontkent dat ...

3. overgankelijk, (juridisch) rejecteren
4. overgankelijk, (medisch) afstoten

Afgeleide begrippen

• [1-3]: avvising