amateuratleet
Uiterlijk
- ama·teur·at·leet
- samenstelling van amateur zn en atleet zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | amateuratleet | amateuratleten |
verkleinwoord |
de amateuratleet m
- (sport) iemand die uit liefhebberij atletiek beoefent
- ▸ Michael Hull, een man van 44, sprak met tv-zender ABC vanuit zijn ziekenhuisbed in Perth. Hij was een van de acht lopers die ingesloten raakte. Hull en een andere Australische amateuratleet liepen daarbij brandwonden op over 20 procent van hun lichaam.[1]
- Het woord amateuratleet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron sdg“Australische lopers raken ingesloten door muur van vlammen” (05/09/2011), De Standaard