aidsonderzoeker

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aids·on·der·zoe·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aidsonderzoeker aidsonderzoekers
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de aidsonderzoekerm

  1. (medisch) iemand die wetenschappelijk onderzoek doet naar aids
    • De gerenommeerde aidsonderzoeker Joep Lange, die vorig jaar bij de ramp met vlucht MH17 om het leven kwam, wordt opgevolgd door Frank Cobelens als bestuursvoorzitter van het Amsterdam Institute for Global Health and Development (AIGHD). Cobelens (56) is nu nog wetenschappelijk directeur van KNCV Tuberculosefonds.[1] 
    • Het onderzoek is een initiatief van H-Team, een project van aidsonderzoeker Joep Lange, die omkwam bij de ramp met de MH17. Het H-Team verenigt deskundigen van diverse organisaties, met het doel de verspreiding van hiv via verschillende strategieën te elimineren. Internist Peter Reiss van het Academisch Medisch Centrum nam na het overlijden van Lange de leiding over het H-Team over. 'Wij denken dat Prep een waardevol middel kan zijn. Het is geen magic bullet, maar een goede aanvulling op bestaande preventiemiddelen', zegt hij.[2] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. De Volkskrant 12 november 2015 Frank Cobelens opvolger aids-onderzoeker Joep Lange
  2. De Volkskrant Anneke Stoffelen 30 september 2014 Verbazing over uitblijven anti-hiv-pil in Europa