afvalbeheer

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • af·val·be·heer
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord afvalbeheer
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het afvalbeheero

  1. het zorgen voor een verantwoorde manier van omgaan met afvalstoffen; alle zaken de hebben te maken met het verzamelen, vervoer, verwerken en opslaan van afvalstoffen
     De Nederlandse economie verdiende in 2015 2,7 miljard euro aan de export van staal, waarvan de helft door de basismetaalindustrie, zoals staalfabrikant Tata Steel. De andere helft wordt verdiend door bedrijfstakken zoals de groothandel, uitzendbureaus, afvalbeheer, machinebouwers en de banken.[1]
     Volgens de inspectie zijn de dodelijke ongevallen een gevolg van een op zich positieve ontwikkeling: de groeiende economie. Juist in groeisectoren als de industrie, bouw, handel en afvalbeheer kwamen de werknemers om het leven.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 26 januari 2023 Weblink bron “VS op vier na grootste exportmarkt van Nederlands staal” (Donderdag 26 april 2018, 00:00), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 26 januari 2023 Weblink bron “Economie trekt aan, meer ongelukken op de werkvloer” (Woensdag 17 mei 2017, 17:09), NOS