afrodisiacum

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • afro·di·si·a·cum
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord afrodisiacum afrodisiaca
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het afrodisiacumo

  1. (seksualiteit) een middel dat de geslachtsdrift stimuleert

Gangbaarheid

72 % van de Nederlanders;
94 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen