afrodisiacum
Uiterlijk
- Geluid: afrodisiacum (hulp, bestand)
- IPA: / ˌafrodisiˈjakʏm / (6 lettergrepen)
- afro·di·si·a·cum
- eponiem: via Neolatijn aphrodisiacum van Oudgrieks ἀφροδισιακός "betrekking hebbend op Afrodite , godin van de liefde," in de betekenis van ‘geslachtsdrift stimulerend middel’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afrodisiacum | afrodisiaca |
verkleinwoord | - | - |
het afrodisiacum o
- (seksualiteit) een middel dat de geslachtsdrift stimuleert
- Het woord afrodisiacum staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afrodisiacum" herkend door:
72 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ afrodisiacum op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "afrodisiacum" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 6 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Eponiem in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Seksualiteit in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 72 %
- Prevalentie Vlaanderen 94 %