afhandelingstermijn
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af·han·de·lings·ter·mijn
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van afhandeling zn en termijn zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | afhandelingstermijn | afhandelingstermijnen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de afhandelingstermijn m
- de tijd die nodig is om een bepaalde procedure tot een einde te brengen
- ▸ Aangezien groene energie mag worden geïmporteerd, kan het aanbod fors stijgen. Het PVE noemt dat een zorgelijke situatie, omdat de markt nu al beperkingen kent zoals lange afhandelingstermijnen.[1]
- ▸ ”Wat er goed ging” dat de gemiddelde afhandelingstermijn met 22 dagen was afgenomen. Maar nu blijkt uit het jaarverslag van de commissie voor bezwaar- en beroepschriften dat de afhandelingstermijn maar met ruim een week is afgenomen, aldus D66.[2]
Gangbaarheid
- Het woord afhandelingstermijn staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “PVE voor rust op energiemarkt” (24 mei 2002), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Weblink bron “Gelderland traag met antwoorden bezwaren” (24 augustus 2007), Reformatorisch Dagblad