Naar inhoud springen

afgepeigerd

Uit WikiWoordenboek
  • af·ge·pei·gerd
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen afgepeigerdafgepeigerderafgepeigerdst
verbogen afgepeigerdeafgepeigerdereafgepeigerdste
partitief afgepeigerdsafgepeigerders-

afgepeigerd

  1. (informeel) uitgeput, afgemat, dodelijk vermoeid
     Als een afgepeigerde kat zat ze op een afgebroken pier, een fles aan haar zijde, en lurkte daarbij zo hevig aan een sigaret dat ze haar wangen letterlijk naar binnen zoog.[2]
vervoeging van: afpeigeren…
verbogen vorm: afgepeigerde

afgepeigerd

  1. voltooid deelwoord van afpeigeren
98 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[3]