eierprikker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: eierprikker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ei·er·prik·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van ei en prikker met het invoegsel -er-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eierprikker | eierprikkers |
verkleinwoord | eierprikkertje | eierprikkertjes |
Zelfstandig naamwoord
de eierprikker m
- (huishouden) voorwerp om een gaatje in eieren te prikken om te voorkomen dat ze barsten tijdens het koken
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'eierprikker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.