Canadian

Uit WikiWoordenboek

Engels

Uitspraak
enkelvoud meervoud
Canadian Canadians

Zelfstandig naamwoord

Canadian

  1. (demoniem) Canadees; staatsburger van Canada
    «The Canadians are a strong hockey nation.»
    De Canadezen zijn een sterk ijshockeyland.

Bijvoeglijk naamwoord

Canadian

  1. (demoniem) Canadees; op Canada betrekking hebbend
    «The Canadian Arctic is a vast and largely empty land.»
    Het Hoge Noorden van Canada is een uitgestrekt en goeddeels leeg land.
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=Canadian&oldid=3107435"