wasgeel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

1. Bijenwas is wasgeel.
Uitspraak
Woordafbreking
  • was·geel
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen wasgeel wasgeler wasgeelst
verbogen wasgele wasgelere wasgeelste
partitief wasgeels wasgelers -

Bijvoeglijk naamwoord

wasgeel

  1. (kleur) geel als ongezuiverde bijenwas
    • De zieke zag wasgeel. 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

44 % van de Nederlanders;
42 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen