brugwachter
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: brugwachter (hulp, bestand)
Woordafbreking
- brug·wach·ter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van brug en wachter
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | brugwachter | brugwachters |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de brugwachter m
- (beroep) beambte die een beweegbare brug bedient
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord brugwachter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.