Rankelbohne
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- Ran·kel·bohn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud (onbepaald) |
enkelvoud (bepaald) |
meervoud (onbepaald) |
meervoud (bepaald) | |
---|---|---|---|---|
nominatief | die Rankelbohn | die Rankelbuhne | ||
datief | ||||
accusatief |
Zelfstandig naamwoord
Rankelbohne, v
- (plantkunde), (tuinieren), (voeding) Phaseolus vulgaris , stokboon