Naar inhoud springen

zwelt

Uit WikiWoordenboek
  • zwelt
vervoeging van
zwellen

zwelt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwellen
    • Jij zwelt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zwellen
    • Hij zwelt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zwellen
    • Zwelt! 
     De tong zwelt tot het drievoudige volume en puilt uit de mond.[1]


  1. “Corps delcti” (2009), Ambo/Anthos uitgevers op Wikipedia, ISBN 9789041417480