zwelklei
Uiterlijk
- zwel·klei
- samenstelling van zwellen zn en klei zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zwelklei | |
verkleinwoord |
- een bodemsoort (klei) met het vermogen om relatief veel water op te nemen
- ▸ De eerste zogeheten schotgaten zijn hier afgelopen week geboord. De onderlinge afstand tussen die gaten is 20 meter. De gaten zijn tot 20 meter diep en hebben een doorsnede van 10 centimeter. In de gaten wordt een ‘kleine lading’ springstof gestopt. Hoeveel precies willen TNO en EBN niet zeggen. Daarna wordt het gat opgevuld met water en zwelklei, waardoor de ruimte boven de explosieven hermetisch wordt afgedicht.[1]
- ▸ Zwelklei komt in de Verenigde Staten, Frankrijk en Canada veelvuldig voor. Het krimpen en zwellen van de klei veroorzaakt in deze landen jaarlijks aanzienlijke schade aan gebouwen.[2]
- Het woord zwelklei staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Sander van Mersbergen“Duizenden ontploffingen in heel Nederland op zoek naar nieuwe energie” (02-03-2019), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Geen zwelklei in bodem Groningen” (14-05-2004), Reformatorisch Dagblad