zondt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Gelijkklinkende woorden
Woordafbreking
  • zondt
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
zenden

zondt

  1. gij-vorm verleden tijd van zenden
    • Gij zondt. 
     Gij zondt mij vooruit naar deze stad om er een Koning te kiezen, in de plaats van Straton, vazal van Perzië en die vluchtte, ofschoon hij zich over gaf aan uw gezag.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 12 januari 2024 Weblink bron “Iskander. De roman van Alexander den Groote.” (1995), Uitgeverij L.J. Veen, Amsterdam/Antwerpen, ISBN 9025414036, p. 116