zakentijdschrift
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- za·ken·tijd·schrift
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van zaak en tijdschrift met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zakentijdschrift | zakentijdschriften |
verkleinwoord | zakentijdschriftje | zakentijdschriftjes |
Zelfstandig naamwoord
het zakentijdschrift o
- een regelmatig verschijnende publicatie die zich op het zakenleven richt
- Dit zakentijdschrift had een interessant artikel over de representatie van vrouwen als professionals.
Gangbaarheid
- Het woord zakentijdschrift staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.