winterden door

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • win·ter·den door
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
doorwinteren

winterden (...) door

  1. meervoud verleden tijd van doorwinteren
    • Wij winterden door. 
    • Jullie winterden door. 
    • Zij winterden door. 

Gangbaarheid