winkelsafari
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- win·kel·sa·fa·ri
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van winkel zn en safari zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | winkelsafari | winkelsafari's |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- uitstapje waarbij men gaan winkelen
- excursie door een winkel
Verwante begrippen
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord winkelsafari staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.