wijkende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- wij·ken·de
Werkwoord
vervoeging van: | wijken |
wijkende
- verbogen vorm van wijkend, het onvoltooid deelwoord van wijken
Bijvoeglijk naamwoord
wijkende
- verbogen vorm van de stellende trap van wijkend
vervoeging van: | wijken |
verbogen vorm: | wijkendee |
wijkende
wijkende