waaide aan

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • waai·de aan
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aanwaaien

waaide aan

  1. enkelvoud verleden tijd van aanwaaien
    • Ik waaide aan. 
    • Jij waaide aan. 
    • Hij, zij, het waaide aan. 
Synoniemen


Gangbaarheid