vult

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vult

Werkwoord

vervoeging van
vullen

vult

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vullen
    • Jij vult. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vullen
    • Hij vult. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vullen
    • Vult! 


Latijn

Werkwoord

vervoeging van
vĕlle

vŭlt

  1. actief indicatief praesens, derde persoon enkelvoud van vĕlle