Naar inhoud springen

verouderde

Uit WikiWoordenboek
Versie door Snorrebot (overleg | bijdragen) op 28 okt 2019 om 13:36 (→‎top: vervoeging)
  • ver·ou·der·de
vervoeging van
verouderen

verouderde

  1. enkelvoud verleden tijd van verouderen
    • Ik verouderde. 
    • Jij verouderde. 
    • Hij, zij, het verouderde. 
  2. verbogen vorm van verouderd, voltooid deelwoord van verouderen

verouderde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van verouderd