verkoopt terug

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·koopt te·rug
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
terugverkopen

verkoopt (...) terug

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugverkopen
    • Jij verkoopt terug. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van terugverkopen
    • Hij verkoopt terug. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van terugverkopen
    • Verkoopt terug! 

Gangbaarheid