vastgoedarsenaal
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vast·goed·ar·se·naal
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vastgoed zn en arsenaal zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vastgoedarsenaal | vastgoedarsenalen |
verkleinwoord | vastgoedarsenaaltje | vastgoedarsenaaltjes |
Zelfstandig naamwoord
het vastgoedarsenaal o
- de gebouwen die men in zijn bezit heeft
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'vastgoedarsenaal' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.