vasopressor
Uiterlijk
- Geluid: vasopressor (hulp, bestand)
- va·so·pres·sor
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vasopressor | vasopressors |
verkleinwoord | vasopressortje | vasopressortjes |
vasopressor
- (medisch) een stof die de samentrekking van spierweefsel bevordert
1. een stof die de samentrekking van spierweefsel bevordert
- Het woord 'vasopressor' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.