vaarden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- vaar·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
varen |
vaarden
- meervoud verleden tijd van varen
- Wij vaarden.
- Jullie vaarden.
- Zij vaarden.
- Wij vaarden.
Synoniemen
Anagrammen
Opmerkingen
- Geen erkende vorm in Van Dale, wel volgens Onze Taal.