uitvaart
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- uit·vaart
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘begrafenis’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1276 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | uitvaart | uitvaarten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- teraardebestelling of crematie van een overledene
- ▸ Almelo maakt zich op voor de uitvaart van Adolph graaf van Rechteren Limpurg. De op 88-jarige leeftijd overleden Heer van Almelo wordt morgen bijgezet in de grafkelder van de familie aan de Gravenallee. Het verkeer op de Van Rechteren Limpurgsingel wordt daarvoor stilgelegd.[2]
Synoniemen
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
|
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uitvaren |
uitvaart
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvaren
- ... dat jij uitvaart.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitvaren
- ... dat hij uitvaart.
Gangbaarheid
- Het woord uitvaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "uitvaart" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "uitvaart" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Weblink bron
Henk van Schuppen“Uitvaart Heer van Almelo: nog één keer passeert graaf Van Rechteren de Limpurgsingel” (22-11-2019), Tubantia - ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be