tweeterm

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • twee·term
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tweeterm tweetermen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de tweetermm

  1. (wiskunde) een uitdrukking, bestaande uit twee eentermen, die gescheiden worden door het optelteken (+) of aftrekteken (-)
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

48 % van de Nederlanders;
73 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen