trek dicht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: trek dicht (hulp, bestand)
Woordafbreking
- trek dicht
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dichttrekken |
trek (...) dicht
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttrekken
- Ik trek dicht.
- gebiedende wijs van dichttrekken
- Trek dicht!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttrekken
- Trek je dicht?