tegoejem

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • te·goe·jem
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

tegoejem

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) met een echt positief resultaat, goed, wel
      De moedertjes! Die waren gisteravond al op, toen de kuikentjes al op stok waren, om te droomen van malsche wei en vetten voer. Die hadden gisteravond al vanmorgen, toen ze boterhammen sneden en belegden met kaas en mazzel-en-brooge, toen ze de broekjes nog even nakeken en de jurkjes, de kousjes even stopten en de snoepzakjes, de schoentjes poetsten en de slapende snoetjes inspecteerden. Die hebben nu al vanavond, omdat ze hun hartjes graag simge gunnen, maar nog grager ze weer thuis weten, besjoolem en tegoejem, omdat ze tóch vandaag geen rust en geen duur hebben.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. tegoejem op website: Etymologiebank.nl
  2. Bronlink geraadpleegd op 13 mei 2022 Weblink bron
    Hond, M. de
    “Kiekjes : I. Jodenbreestraat - Waterlooplein” (1926), Hertzberger, Amsterdam, p. 176